Hoe plaats ik rubberen dakbedekking op mijn dak?

Heb je een rechthoekig dak? Meet dan de ‘uitgevouwen’ lengte en breedte van het dak. Tel bij zowel de lengte als de breedte 20 cm op. ‘Uitgevouwen’ is breedte omlijstingen (a en e) + hoogte opstaande randen (b en d) + aantal centimeters dak (c).

Heb je een L-vormig dak? Verdeel dit dak in twee denkbeeldig rechthoeken. Voor iedere rechthoek maak je een aparte berekening. Je ontvangt twee stukken rubberen dak, die je later aan elkaar lijmt.

Maak het platte dak helemaal vrij van stof, vuil, vet, vocht en scherpe delen.

Smeer met een bokkenpoot de ondergrond van het platte dak in met dakprimer en laat dit goed drogen.

Vouw de rollen rubberfolie uit over het dak. Verdeel het evenredig over het oppervlak en laat de dakbedekking minimaal een uur uitgerold liggen.

Vouw het rubberfolie over de korte zijde voor de helft terug.

Breng met de kitspuit, vlak voor de teruggevouwen folie, een eerste streep rubber dak EPDM-lijm aan. Leg de folie op de lijmstreep en rol het stevig aan met de roller. Spuit de tweede streep lijm ongeveer 50 cm verderop. Breng ook hier het folie op aan en rol dit aan. Herhaal deze stappen tot 10 cm voor de dakrand.

Vervolgens klap je de nog niet gelijmde helft van het rubber-folie terug. Breng op 50 cm van het midden weer een lijmstreep aan. Rol de rubber dakbedekking over de lijm en rol deze aan. Ook hier weer doorwerken tot aan 10 cm voor de dakrand.

Breng een lijmstreep aan op 1 cm voor de opstaande rand. Een tweede lijmstreep op de helft van de opstaande rand en een derde bovenop de rand. Plaats het folie op de lijm en rol het goed aan.

Vouw de binnenhoeken (niet uitknippen) en duw de rubberfolie goed in de hoek, zodat de dakbedekking zich tot een puntzak vormt.

Duw de puntzak plat en vouw de flappen over de dakrand. Lijm de flappen tot op de rand toe vast.

Gebruik voor opstaande buitenhoeken, zoals bij een schoorsteen, een buitenhoekstuk. Knip de rubber dakbedekking in onder een hoek van 45 graden. Plak het met twee of drie strepen lijm tegen de schoorsteen. Lijm vervolgens de hoekstukken over het rubberfolie.

Maak bij een opstaande muur de aansluiting met een muurprofiel. Zet een lijmstreep op 1 cm voor de muur, een tweede op de muur op 2 cm en een derde lijmstreep op 6 cm. Plaats het muurprofiel en zet deze met boormachine en spijkerpluggen vast.

Knip bij een (inpandig) hemelwaterafvoer met stadsuitloop nauwkeurig met een schaar een opening in het rubberen dakfolie. Breng rond het uitgeknipte gat meerdere strepen lijm aan. Plaats de hemelwaterafvoer en rol deze aan.

Knip het gat voor de rookgasafvoer secuur uit en plaats het rubberfolie over de afvoer. (let op: 1/3 van de diameter van de afvoer. Knip bij de afwerking de manchet op maat. Plak deze met meerdere strepen kit vast rondom de rookgasafvoer.

Plaats over de omgevouwen flappen een voorgevormd hoekprofiel op de dakrand. Zet het hoekprofiel met schroeven vast en snijd de overtollige dakbedekking af.

Snij het overtollige rubber af met een hobbymes. Plaats als laatste de dakrandprofielen. Deze vallen over de reeds geplaatste buitenhoeken. Schroef ze vast op de dakrand. Kit aan de binnenzijde de naden, de overgang van profiel naar rubberfolie, met EPDM-lijm.